Ze lagen samen in bed. Hij vertelde haar zijn dag. Het was laat, maar hij hield niet op. Hij vertelde over die vrouw die hij die dag op cursus had gezien en hem bezig hield. ‘Was ze mooi?’, vroeg zij hem. ‘Ja, maar ik durfde niet echt naar haar te kijken.’ Zij vertelde hem waarmee zijzelf bezig was geweest en wat het haar had gedaan die dag. Hij kwam weer op de cursus en die vrouw terug. Blij dat hij haar zijn leven eerlijk en open meedeelt, zegt ze lachend: ‘Ze zit nog in je hoofd!’ Hij gaf haar een kus en hij bevestigde dat dit klopte. Veel mannen hebben een enorme hoeveelheid beelden in hun hoofd die vaak ongevraagd opduiken en best lastig kunnen zijn. Hun blik wordt aangetrokken door mooie vrouwen, maar meestal is er geen sprake van competitie. Ze zien het wel, en dat is een gegeven, een feit, en meer niet. Zij weet het en het maakt haar niet ongerust meer.